Voorbeelden van het gebruik van Was pas in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Dat was pas iets.
Mijn vader was pas overleden.
Dat was pas zo toen ik in San Diego gelegerd werd.
Ik was pas vijftien moeder.
Dat was pas fase één.
Maar haar aanwezigheid was pas in de laatste week grillig.
Dat was pas schattig.
Ik was pas geslaagd… en ik kon geen baan vinden.
Dat was pas nadat ik een goede vriend had ontmoet.
Ze was pas 19 jaar.
Het was pas de eerste dag.
Het was pas gerenoveerd en opnieuw ingericht.
Maar het was pas in de achttiende eeuw toen het voltooid was. .
Het harde werken was pas net begonnen.
Ze was pas elf, toen haar moeder en broer stierven.
Ik was pas daar.
Het was pas veel later dat ze weer opdoken in de onderwereld.
Dat was pas iets.
Het was pas in de Middeleeuwen te beginnen te groeien.