Voorbeelden van het gebruik van Rus in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hij slaat een Rus aan gort.
De Gekke Rus?
Ik zei dat je geen Rus was.
In de gevangenis. Ik was close met die Rus.
Er is buiten een Rus doodgereden.
Denk je dat hij die Rus heeft overreden?
We zijn hier niet voor zaken, zoals de Rus.
Het is die Rus.
Dan komt die Rus aan.
Dit is geen uitvinding van een Rus.
Als je zaken wil doen met de Rus… zal't via mij moeten.
Ik ben opengesneden door een maffe Rus.
Witte Rus.
Je hebt je blut laten spelen door die maffe Rus?
Vind de partner, die Rus.
Flens staat immers derde op 34 seconden van de Rus.
Het is een Rus.
dat is het hotel van de Rus.
In het noorden staat de Rus voor de Weidendammer brug.
Geen enkele Duitser vocht tegen een Rus in Finow.