Voorbeelden van het gebruik van Teach in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
- 
                        Colloquial
                    
- 
                        Official
                    
- 
                        Medicine
                    
- 
                        Financial
                    
- 
                        Ecclesiastic
                    
- 
                        Ecclesiastic
                    
- 
                        Official/political
                    
- 
                        Computer
                    
- 
                        Programming
                    
En Teach?
Each One Teach One.
Zijn naam was Edward Teach.
Teach was op het eiland?
Each One Teach One. Zij hebben.
Waar is Edward Teach?
Teach your parents well ♪.
Teach your children well ♪.
Teach en zijn mannen zullen nooit de amnestie accepteren.
Edward Teach was afkomstig uit Bristol.
Ouwe Teach wil een roerganger neerschieten vanwege een klein vergrijp.
Ouwe Teach wordt woedend… en schiet hem dwars door z'n hersens.
Toen heeft Teach het gedaan. En daarna is 't huis afgebrand.
Opa hoort ons en Teach kibbelt met hem. Opa haalt z'n geweer.
Lidmaatschap van de" Teach for America" stichting heeft een klein effect.
vertrekt hij met Teach.
Hij accepteerde geen amnestie, maar al wat hij en Kapitein Teach konden doen was ontsnappen.
Teach kwam naar buiten. Ik wist niet wat hij had gedaan tot hij het zei.
McKnight, van Each One Teach One, woont op de 11de verdieping,
Ouwe Teach komt woedend overeind… gromt als een dolle hond… spuugt op het dek en zegt.