TEACH - vertaling in Nederlands

• leren
• onderwijzen
• teach
• bijbrengen
• doceren
• onderrichten
• ieren
• leer het
• mees
• geef les
• leraartje

Voorbeelden van het gebruik van Teach in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Teach you how to play them, maybe.
Misschien jou Ieren hoe je ze kunt bespelen.

I teach in Brooklyn.
Ik geef les in Brooklyn.

The pirate all pirates fear. Edward Teach.
Edward Teach, de piraat die door elke piraat gevreesd wordt.

You must teach intelligent design.
Je moet een intelligent ontwerp onderwijzen.

But I can't teach you respect.
Maar respect kan ik je niet bijbrengen.

I could teach you, if you like.
Ik kan het u leren als u wil.

I could teach earthquake preparedness.
Ik kan doceren in aardbevingpreventie.

I can teach you how to harness this power.
I kan onderrichten u hoe deze macht aan te wenden.

Teach us. Thank you.
Leer het ons. Dank u.

You're gonna teach me to read?
Ga me Ieren lezen?

I teach physics!
Ik geef les in natuurkunde!

Teach? Teach was there on the island?
Teach? Teach was op het eiland?

And you can help teach him.
Jij kunt hem helpen onderwijzen.

We should teach him.
Die moeten we hem bijbrengen.

I can even teach dogs.
Ik kan zelfs honden wat leren.

How can you teach literature and not understand Rohmer?
Hoe kun jij literatuur doceren en Romer niet begrijpen?

Sometimes the brothers teach each other.
Soms onderrichten de broeders elkaar.

Thank you. Teach us.
Leer het ons. Dank u.

You will teach me to read?
Ga me Ieren lezen?

Teach, did you go to high school?
Leraartje, heb jij op school gezeten?