Voorbeelden van het gebruik van Johnson in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Mijn bazen bij Little Brown zijn niet geïnteresseerd in Master of Johnson.
Een van de archieven die daar komen, is van die uitgeverij Johnson.
Let op de bal, Johnson.
Morgen komen we terug en snijden we je johnson af.
We snijden je johnson af!
The rock veranderde naar Dwayne Johnson.
Heb je 't adres van Mr en Mrs Johnson?
Dale Johnson.
Dank je zeer mr Johnson.
Leuk je te ontmoeten mr Johnson.
Maar langzaamaan begon Marilyn Johnson toch te vertrouwen.
Willie Rae Johnson.
Ik ben commisaris Brenda Leigh Johnson van de politie.
Zeer goed, mevrouw… Johnson?
En die man daarbuiten vreest dat het in gevaar zal gebracht worden door Johnson.
Zijn naam is Timothy Johnson.
Groot johnson.
Voor de moord op, Carmen Johnson.
In 2002 nemen vader en zoon Johnson Karol Rzepkowski indienst.
Ik wil Johnson!