Voorbeelden van het gebruik van Masker in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Mijn nieuwe masker.
Het is geen masker, het is een balaclava.
Een vriend van je kwam me laatst opzoeken, de man met het masker.
Minder onderdelen dan bij het toonaangevende full face masker*.
Doe het masker uit nu.
En hij noemt de man in het masker een psychopaat?
Je cliënt mag het masker houden. Tot het proces over de affaire verder gaat.
Je vriend met het masker.
Wat het masker ook doet, jij hebt 't niet nodig.
De man met het masker.
Je deed nooit je masker af, maar jij bent 't.
Robot met een masker.
Ik weet hoe zwaar het masker is… hoe vermoeiend.
Een man met een masker die meisjes openrijt.
je moet de gek in het masker bedanken.
Silicone masker beschermer.
Doe het masker van de professor af en het is de CIA.
Volgende:Werp het masker af en begin het leven opnieuw.
Het masker als gelijkmatige laag op de gereinigde huid aanbrengen.
Doe het masker van de professor af en het is de CIA.