Voorbeelden van het gebruik van Pudding in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
chocolade brownies of toffee pudding.
Biefstuk met ragout, kaassoufflé taart en pudding, geflambeerd.
Wacht. Dus die kerel die pudding kotst is je getuige?
Ik wil geen pudding.
groene bonen en chocolade pudding.
Ik geef geen ruk om je pudding.
Zeg me dat je nog wat van die kerst pudding over hebt.
Oh, yeah. Voelen je benen als pudding?
Ik eet mijn pudding.
Morgen geen biefstuk als je nu je pudding niet opeet.
Het is niet jouw pudding, jij Alzheimerpatiënt. Jij hebt je pudding al op.
Ze kunnen ook worden gebruikt in gebak, pudding, desserts en gebak.
We zijn pudding.
vorm geven aan gebak, pudding en ijs.
We hebben ook gazpacho, zo'n kaasding en pudding.
Deze lullen bekampen is zoals pudding aan een muur nagelen.
Aan de andere kant is het ook niet echt pudding.
Slechte ervaringen met pudding?
Mr Simpson, mogen we nog een boterham met pudding en snoep?
Tel niet je eieren voordat ze in de pudding zitten.