JESS - vertaling in Nederlands

jezus
jesús
dios
jesucristo
jesus
cristo

Voorbeelden van het gebruik van Jess in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Computer category close
  • Programming category close
Konnichiwa, soy Jess.
Konichiwa. Met Jess.
Es bueno verte de nuevo, Jess.
Goed je weer te zien, Jesse.
Pero no lo es, Jess.
Maar dat is het niet.
¿Cómo está Jess?
Hoe gaat het met Jess?
puede comunicarse conmigo o Jess.
kun je contact met mij opnemen of met Jess.
No le sucederá nada, Jess.
Er gebeurt niks met haar.
¿Se va a poner bien Jess?
Komt het goed met Jess?
¿Son los pantalones de pijama de Jess?
Is dat de pyjamabroek van Jessica?
Le prometo que no dormiré hasta que Jess vuelva a casa.
Ik beloof je dat ik niet rust tot Jess thuis is.
No me meterás en problemas,¿verdad, Jess?
Ik kom toch niet in de problemen door je?
¿Por qué supones que es Jess?
Waarom neem je aan dat het Jess is?
¿Jess está bien?
Is alles goed met Jess?
Mientras que tenga el dinero, Jess va a estar bien.
Zolang hij het geld heeft komt het goed met Jess.
¡Cómo está tu Jess?
Hoe is het met Jess?
Porque anoche sólo nos estábamos divirtiendo, Jess.
Want gisteravond dacht ik dat we alleen plezier hadden.
¿Cómo está tu Jess?
En hoe gaat het met Jess?
Siempre pensé que era Jess.
Ik heb altijd gedacht dat het Jess was.
Voy allá, pero Jess no.
Ik ga, maar Jesse niet.
Tú no eres así, Jess.
Zo ben je niet.
Cómo está Jess?
Hoe is het met Jess?
Uitslagen: 2122, Tijd: 0.0542

Top woordenboek queries

Spaans - Nederlands