LEEN - vertaling in Nederlands

• lezen
• voorlezen
• leen
• leest
• gelezen
• lazen

Voorbeelden van het gebruik van Leen in het Spaans en hun vertalingen in het Nederlands

Cuando Uds. leen lo que George J. Lacy; no yo.
Als u leest wat George J. Lacy schrijft, niet ik nu.

Muchos de los que leen esto perderán la oportunidad presentada aquí.
Velen die dit zullen lezen, zullen deze gelegenheid verliezen.

Leen historietas y comen comida chatarra.
Jullie lezen strips en eten junkfood.

Y dejen de pretender que leen los créditos.
Niet doen of je de aftiteling leest.

La quinta vez, en realidad leen el anuncio.
De vijfde keer leest hij de advertentie.

¿Leen algo así como una revista o algo?
Lezen jullie soms een tijdschrift, of zo?

Y obviamente leen bastante rápido.
En u leest duidelijk nogal snel.

¿Que no leen sus niños?
Kunnen jullie niet lezen?

¿Es que no leen los periódicos?
Lezen zij ginds dan geen kranten?

Y leen su tarea bajo la luz de las lámparas de la calle.
En lezen ze hun huiswerk onder de lantaarnpalen.

¿Por qué leen el new York times?
Waarom lees je The New York Times?

Lo leen por la inmediatez.
Ze lezen het voor de directheid.

¿Qué pasa?¿Es que no leen el periódico?
Wat, lezen jullie de krant niet?

Qué es lo que leen en los nuevos textos escolares?
Wat lezen ze in de nieuwe schoolboeken?

Sam y Dean, si leen esto, estoy muerto.
Sam en Dean, als jullie dit lezen ben ik dood.

Se leen, citan, citada, y se respetan.
Ze worden gelezen, geciteerd, geciteerd, en gerespecteerd.

La quinta vez, realmente leen el anuncio.
De vijfde keer leest hij de advertentie.

Los ojos que leen este mensaje no temerán al mal;
De ogen die dit bericht lezen zullen het kwaad niet vrezen;

¿Acaso no leen el periódico?
Lezen jullie geen kranten?

¿no leen el periódico?
Lezen jullie de krant niet?