Examples of using Afbetaald in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik had de draaitafel nog steeds niet afbetaald.
Wethouder Wade werd niet afbetaald door lslamitische extremisten.
Ik heb mijn studielening niet afbetaald.
Maar het is op grote schaal afbetaald.
Meyer Lansky heeft jarenlang de machtige Cubaanse politicus Fulgencio Batista afbetaald.
Ik heb m'n oude zakenpartners bijna afbetaald.
Hij kan op dit moment worden afbetaald door handen zoals 9-9,
Totdat de schuld is afbetaald, ben ik van jou.
Onze zonden moeten afbetaald worden met bloed.
Hij heeft bijna alles afbetaald… behalve de openstaande 250.
Totdat alles is afbetaald en het bedrijf weer solvabel is.
Als dat afbetaald is, is het voorbij.
Erfpachtcanon afbetaald tot en met 30 april 2055;
Ik heb de ring eindelijk afbetaald.
Aankoop van een abonnement of seizoenskaart waarbij er in delen mag worden afbetaald.
Ik heb je afbetaald.
Je huis is bijna afbetaald.
mijn schuld is dan afbetaald.
Ze zullen mij in leven houden, totdat ik de schulden heb afbetaald.
Het huis is afbetaald.