Examples of using Beging in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik beging bijna een verschrikkelijke vergissing.
Je beging één fout met Milson.
U beging een misdaad.
Man, ik beging bijna de vergissing van de eeuw.
Hij beging de misdaad en vluchtte door de deur.
Je beging twee fouten, Harald.
Ja, meneer.- Daarna beging u geweld tegen haar en verbrak die belofte.
Hij beging de misdaad en vluchtte door de deur.
Je beging zopas de grootste vergissing van je leven.
Hij beging een fatale fout.
De vader beging de zonden van de negen kringen.
Toen beging hij zijn grote fout.
Ik beging zonden waar ik spijt van heb.
Je beging een grote fout.
Kayla, je beging een ernstig misdrijf.
Je beging een erg grote fout, vriend.
Nou, ja, maar ik beging een misdrijf.
De stomste vergissing die ik ooit beging.
Dat was de eerste misdaad die ik beging.
Ben jij dat? Ik beging bijna een verschrikkelijke vergissing.