Examples of using Commandeur in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Financial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Commandeur Emery, Dr Hiller
Commandeur legt uit:“Ik gebruik ConstruSteel voornamelijk voor de werkvoorbereiding.
Generaal Commandeur van de Olympus Militairen. Wie?
Commandeur Casey heeft die blik in zijn ogen.
Commandeur, brigadier Voight, rechercheur Halstead, Upton.
Commandeur, het plan.
De kraan van Commandeur& Plomp neemt geen klapjib mee.
Generaal Commandeur van de Olympus Militairen. Wie?
Commandeur, Chef, ik heb hulp nodig!
Bedankt. Commandeur, met Kelly.
M'n brief aan de commandeur.
Frankrijk: commandeur in de nationale orde van de Légiond' honneur.
Generaal Commandeur van de Olympus Militairen. Wie?
Commandeur, Chef, ik heb hulp nodig!
Commandeur, rij je met ons mee?
Ik vertrouw de commandeur gewoon niet.
Karl Lagerfeld wordt commandeur van het Légion d'honneur.
Commandeur Oh is ongerust.
Als u dat denkt, commandeur, dan bied ik mijn excuus aan.
Commandeur, met Kelly. Bedankt.