Examples of using Fout maken in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Een fout maken is niet erg.
Ik denk dat we een fout maken door die info vrij te geven.
Dan kon hij een fout maken of mensen laten lijden.
Maar je mag niet de fout maken deze ingrepen in zwart-wit-termen te bekijken.
Als wij 'n fout maken noemen ze 't Kwaad.
Maar ik denk dat we een fout maken… door Gordon te laten leven.
Soms moet je een fout maken in een recept.
Ik blijf de fout maken te denken dat hij familie is.
Laten wij niet dezelfde fout maken als met de bekendmaking van Natura 2000.
Een fout maken met de keuze is eenvoudig.
Zo'n fout maken, noemen we een anachronisme.
We zullen niet de fout maken de jaren zestig te mythologiseren.
Jij fout maken, koning Dwaas.
En als jullie een fout maken, herstellen en gewoon verdergaan.
We moeten niet dezelfde fout maken als in Marokko.
Hoe kun je zo'n fout maken, Özlem?
Hoe kon ik zo'n fout maken met Nick?
Iedereen kan die fout maken, Chef O'Hara.
We moeten niet de fout maken om de vijand te onderschatten.
Die fout maken wij niet nog eens.