Examples of using Onbeleefd in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Vrij onbeleefd, vind je niet?
Dit is niet onbeleefd. Nu wel.
Dat is grof. Onbeleefd.
Ze zijn onbeleefd.
Ja. En je bent onbeleefd.
Dat was onbeleefd, middenin dat gepassioneerde lied.
Dit is niet onbeleefd. Nu wel.
Het zou onbeleefd zijn om jullie niet uit te nodigen.
Sprak hen onbeleefd aan.
Hij is onbeleefd.
Je moet wel gedacht hebben dat ik onbeleefd was om zolang weg te blijven.
Meneer… Ik ben onbeleefd geweest.
Je was tamelijk onbeleefd tegen je vriendin.
Mason is onbeleefd… en onbeleefdheid is ontegensprekelijk lelijk voor mij.
Ik bedoelde het niet onbeleefd.
Ik gedroeg me onbeleefd en onvolwassen.
Ik verloor mijn geduld en was onbeleefd.
Lk wil niet onbeleefd zijn.
Nee. Dat zou onbeleefd zijn.
Ik zei niet dat je onbeleefd tegen me kon zijn.