Examples of using Zijner moeder in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Gij zult het bokje niet koken in de melk zijner moeder.
Gij zult het bokje niet koken in de melk zijner moeder.
Gij zult het bokje niet koken in de melk zijner moeder.
Maar een zot zoon is zijner moeder droefheid.
Maar een zot zoon is zijner moeder droefheid.
Gij zult het bokje niet koken in de melk zijner moeder.
Gij zult het bokje niet koken in de melk zijner moeder.
Maar een zot zoon is zijner moeder droefheid.
Gij zult het bokje in de melk zijner moeder niet koken.
Gij zult het bokje in de melk zijner moeder niet koken.
Gij zult het bokje niet koken in de melk zijner moeder.
Gij zult het bokje in de melk zijner moeder niet koken.
Gij zult het bokje in de melk zijner moeder niet koken.
en de naam zijner moeder was Maacha, een dochter van Abisalom.
gedacht bij den HEERE, en de zonde zijner moeder worde niet uitgedelgd.
En hij regeerde een en veertig veertig jaren te Jeruzalem, en de naam zijner moeder was Maacha, een dochter van Abisalom.
een zot zoon is zijner moeder droefheid.
en de naam zijner moeder was Zibja, van Ber-seba.
Toen spraken de broeders zijner moeder van hem, voor de oren van alle burgers van Sichem,
Abimelech nu, de zoon van Jerubbaal, ging henen naar Sichem, tot de broeder zijner moeder; en hij sprak tot hen,