GETTING READY in Dutch translation

['getiŋ 'redi]
['getiŋ 'redi]
klaar
ready
set
finish
prepare
do
klaarmaken
prepare
ready
make
cook
prep
preparation
fix
get
gereed maken
get ready
prepare
prep
make it ready
bereidt zich
are preparing
are getting ready
are prepping
girding themselves
get prepared
je voorbereiden
prepare
prep you
you ready
are you planning
train you
klaargemaakt
prepare
ready
make
cook
prep
preparation
fix
get
aan het omkleden
changing
getting dressed
getting ready
in gereedheid gebracht
je klaarmaakt
get ready
prepare

Examples of using Getting ready in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Getting ready for work.
Klaarmaken voor het werk.
Getting ready to beat East Mississippi.
Klaar om East Mississippi te verslaan.
It's getting ready for tonight.
Die wordt klaargemaakt voor vanavond.
Getting ready for the pageant.
Klaarmaken voor de verkiezing.
We were getting ready to go fishing.
We waren klaar om te gaan vissen.
And as the wall of fire is getting ready.
En terwijl de muur van vuur wordt klaargemaakt.
Are you getting ready for bed?
Ga je klaarmaken voor bed?
I'm getting ready to drive off.
Ik ben klaar om weg te rijden.
So you were getting ready to run?
Dus je was klaar om te vluchten?
Thought you were getting ready for dinner.
Ik dacht dat je je ging klaarmaken voor het eten.
So these bigger ones are getting ready to be killed.
Die groteren zijn klaar voor de slacht.
I am getting ready for a date.
Ik ben me aan het klaarmaken voor een afspraakje.
I was getting ready to take a bath.
Ik was klaar om een bad te nemen.
Adolfo is getting ready everything.
Adolfo is alles aan het klaarmaken.
Getting ready for another jaunt around the city,?
Klaar voor nog een uitstapje door de stad?
I was getting ready to leave.
Ik was me klaarmaken voor vertrek.
I'm still getting ready.
Ik ben me nog aan het klaarmaken.
Then,"Nicky was always late getting ready.
En:'Nicky was altijd te laat klaar.
Keith, our D-tackles aren't getting ready.
Onze D-tackles zijn niet klaar.
I could hear them all getting ready.
Ik kon ze allemaal horen zich klaarmaken.
Results: 616, Time: 0.0574

Word-for-word translation

Top dictionary queries

English - Dutch