ABSCHEU - vertaling in Nederlands

• afkeer
• afschuw
• walging
• weerzin
• verontwaardiging
• afgrijzen

Voorbeelden van het gebruik van Abscheu in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Ja. Wir empfinden Abscheu und Mitleid ihr gegenüber.
Ja. We voelen walging en medeleven.

Zu dem sie aufgeschaut Ihr letzter Blick war voller Abscheu.
Haar laatste blik was er een vol afschuw.

Wie Lust, Liebe, Abscheu, Beute.
Lust, liefde, afkeer, buit.

Ja, Abscheu.
Ja, walging.

Nämlich ohne zu zögern und anscheinend ohne Abscheu den Van zu betreten.
Namelijk zonder aarzeling… en blijkbaar zonder afschuw het busje ingaan.

Angst und pure Abscheu vor jeder Art von künstlichem Leben.
angst en pure afkeer van elke vorm van synthetisch leven.

Ich teile Eure Abscheu.
Ik deel uw walging.

Ist wohl ihre moralische Abscheu vor Einweihungsgeschenken.
Het is waarschijnlijke haar morele afkeer voor geschenken.

Das Schlimmste war Deine Abscheu zu spüren.
Het ergste was je walging te voelen.

Die vergessen hat. Das Einzige, was ich habe, ist Abscheu vor einer Welt.
Het enige wat ik heb is een afkeer van een wereld die vergeten is.

Mein Abscheu war moralischer Natur.
Stupide want mijn walging was psychisch.

Aus der Nähe ist es mehr Furcht und Abscheu.
Nu twijfel ik tussen angst en afkeer.

Hätte ein Schuldiger Abscheu vorgetäuscht?
Iemand die schuldig was had afkeer geveinsd?

Ich entwickle physische Abscheu vor Verlassenheit.
Ik begin me fysiek te verzetten tegen de eenzaamheid.

Keine Spur von Abscheu, die ich verdient hätte, nur Vergebung.
Geen spoor van de haat die ik verdiende, alleen vergiffenis.

Ihr seid Abscheu im Griff des Teufels! Nein!
Jullie zijn gruwelen in de greep van de duivel. Nee!

Ich spüre Ihre Abscheu, und ich bin es leid.
Ik voel uw minachting en ik begin het zat te worden.

Er brachte seine Abscheu über die Ermordung von Zivilisten in Racak zum Ausdruck.
De Raad gaf uiting aan zijn verontwaardiging over de slachtpartij onder burgers in Racak.

Und den Ungläubigen bringt ihr Unglaube bei ihrem Herrn nur noch mehr Abscheu.
En het ongeloof van de ongelovigen doet bij hun Heer niets toenemen den toorn.

in der Erinnerung ewiglich ein Abscheu zu bleiben.
maar in eeuwige verachting te worden gehouden.