Voorbeelden van het gebruik van Klopft in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Wer klopft da?
Es klopft an der… Ich mag Burger King!
Klopft ihr denn nie?
Stopp! Da klopft jemand an der Tür.
Stop, er klopt iemand op de deur.Er klopft an das Fenster des Sattelschleppers.
Klopft mal einer an seinen Sarg?
Klop dus even op z'n doodskist?Man klopft bei einer Frau an.
Je moet kloppen als je bij 'n vrouw binnenkomt.Er klopft an. Fünf Meter.
Hij klopt aan. Vijf meter.Klopft viermal, und dann.
Klop vier keer, en dan.Und sie klopft!
En ze tikt af!Weißt du nicht, wie man klopft, Eiterbeule? Buzz?
Kan je niet kloppen, slijmbal? Buzz?Wer klopft um diese Zeit an?
Wie klopt er op dit tijdstip aan?Klopft, wenn ihr erwachsen seid.- Moment!
Klop maar als u uitgekibbeld bent!Fische mögen es nicht, wenn man ans Glas klopft.
Vissen houden er niet van als je op 't glas tikt.Klopft nicht, es sei denn, es ist ein echter Notfall.
Alsjeblieft niet kloppen, tenzij het een werkelijke noodsituatie is.Der russische Geheimdienst klopft an unserer Tür.
Russische inlichtingendienst klopt op onze deur.Zuerst, klopft du.
Ten eerste, klop je.Rachel, er klopft.
Rachel, hij tikt af.hätte ich gerne, dass man klopft.
moet je kloppen.Der Bodyguard klopft an die Tür.
De bodyguard klopt op de deur.
