Voorbeelden van het gebruik van Konsul in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Mr. Buchanan, Konsul Markov kooperiert nicht.
Ihn als zweiten Konsul aufzustellen, müsste alle sehr beruhigen.
Er wollte zum amerikanischen Konsul gehen, also hatte ich keine Wahl.
Wenn Sie gleich gesagt hätten, dass Sie lhren Konsul sprechen wollen.
Als u had gezegd dat u met uw consul wilde praten.Gewiss, gern wär ich Konsul.
Ik wil inderdaad graag consulaat zijn.Darum lasst ihn Konsul werden!
Laat hem daarom consulaat zijn!Gott schütze Euch, edler Konsul.
God zal met u zijn, nobele consulaat.Ich muss zum Konsul.
Ik moet naar het Consulaat toe.Er ist Konsul.
Hij is de consul.Im darauffolgenden Jahr wurde Sura zum zweiten Mal Konsul.
Gedurende de Tweede Punische Oorlog werd hij voor de tweede keer tot consul benoemd door de senaat.Chr. gelang es Aulus dennoch, selbst Konsul zu werden.
Im Jahr 509 wurde Inportunus, noch jung, ordentlicher Konsul.
In 540 werd hij op zeer jonge leeftijd benoemd tot gewoon consul.Ende des gleichen Jahres wurde er zum Konsul in Rotterdam ernannt.
In datzelfde jaar werd hij tot pensionaris van Rotterdam benoemd.Er war außerdem Konsul von Liberia.
Hij was ook kasteelheer van Limal.Im Jahr 180 wurde Bruttius erneut Konsul.
Sulpicius werd in 200 opnieuw tot consul gekozen.Im Jahr 139 wurde Bruttius zum zweiten Mal Konsul.
Ein Visum ist, die durch ein Diplomat oder Konsul Vertreter eines Schengen-Land.
Und dann? Der Herr Konsul.
En toen? De consul.Er hat auch einen formellen Protest beim Schweizer Konsul eingelegt.
Hij heeft ook een formeel protest ingediend bij de Zwitserse consul.Tut mir leid, Herr Konsul empfängt niemanden.
Het spijt me. Meneer de consul kan niemand ontvangen.
