MAKE A CALL - vertaling in Nederlands

• bellen
• telefoneren
• een telefoontje plegen
• een beslissing maken
• doe een oproep
• maak een oproep
• bel
• belt
• een telefoontje maken
• er voor opbellen
• beslissen

Voorbeelden van het gebruik van Make a call in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

It would be great if you would make a call.
Het zou fijn zijn als je hem wilt bellen.

Do you know how I can make a call?
Weet u hoe ik kan telefoneren?

Let me make a call to my old partner Luis.
Ik bel mijn oude partner Luis.

If you make a call and leave the phone on.
Als je belt en de telefoon aan laat….

I just gotta make a call to Vanessa.
Ik moet even bellen met Vanessa.

but… I-I heard him make a call.
maar… ik hoorde hem telefoneren.

Tim, make a call to the NRC first.
Tim, bel eerst de NRC.

You can switch phone lines before you make a call.
U kunt van telefoonlijn wisselen voordat u belt.

Yeah, I will make a call.
Jawel, ik zal bellen.

Perhaps. I have to make a call.
Misschien. Ik moet telefoneren.

And when I make a call, no one can ever hear me.
En als ik bel, kan niemand me ooit horen.

You can switch phone numbers before you make a call.
U kunt van telefoonlijn wisselen voordat u belt.

You said you were gonna make a call.
Je zei dat je ging bellen.

I have to make a call. Perhaps.
Misschien. Ik moet telefoneren.

When I find one, I make a call.
Als ik er eentje vind, bel ik iemand.

You… know a guy? You make a call?
Je kent iemand en je belt?

All right. I will make a call.
Goed dan. Ik ga bellen.

You disappear, I make a call.
Jij verdwijnt, ik bel.

You can switch phone numbers before you make a call.
U kunt van telefoonnummer wisselen voordat u belt.

I'm just gonna make a call.
Ik ga even bellen.