THE TEAM - vertaling in Nederlands

[ðə tiːm]
[ðə tiːm]
het team
the team
the squad
the crew
de ploeg
team
the plough
crew
shift
squad
ploeg
t team
the team
the squad
the crew
de ploegen
team
the plough
crew
shift
squad
ploeg

Voorbeelden van het gebruik van The team in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
He will live and train with the team.
Hij woont bij en traint met het team.
We are the team of famous Dutch?
Wij zijn 't team van bekende Nederlanders?
The team had also basketball
De club kent ook een basketbal
The team needs you.
De ploeg heeft je nodig.
And for us. For the team.
En voor ons. Voor het team.
Let me call the team.
Laat me 't team oproepen.
The team never won a title.
De club won nooit de titel.
Hold the team together for two days.
Houd de ploeg twee dagen bij elkaar.
The star of the team.
De ster van het team.
I'm captain of the team.
Ik ben de aanvoerder van 't team.
The team was defeated in the Eastern Conference Final.
De club werd laatste in de Eastern Conference.
Hold the team together for two days.
Hou de ploeg voor twee dagen samen.
No. I mean… Yes. The team.
Ja. Nee, ik bedoel… Het team.
And assemble the team.
Verzamel nadien 't team.
The team was founded in 2001 as BC Khimik.
De club werd in 1919 opgericht als BC Dommitzsch.
Ok. Hold the team together for two days.
Oké, hou de ploeg voor twee dagen samen.
Everything for the team.
Alles voor het team.
And assemble the team.
En verzamel 't team.
The team plays its home games at Olympia Eishalle.
De club speelt haar thuiswedstrijden in de Hellinikon Olympic Arena.
Hold the team together for two days. Okay.
Oké, hou de ploeg voor twee dagen samen.
Uitslagen: 20736, Tijd: 0.0486

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Engels - Nederlands