AFSCHEREN - vertaling in Duits

abrasieren
afscheren
eraf
kaalscheren
af te scheren
rasierst
scheert

Voorbeelden van het gebruik van Afscheren in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Je moet z'n baard niet afscheren.
Sie rasieren nicht sein Gesicht.
Ik zou het eigenlijk voor het feest moeten afscheren.
Ehrlich, du solltest dich vor der Party rasieren.
Misschien dat u hem ooit wilt afscheren.
Ihr könntet mal versucht sein, ihn abzurasieren.
Ik blijf zeggen dat ik 's in de douche ga springen en het afscheren.
Eben in die Dusche springen und alles wegmachen.
Ik vind dat je alles moet afscheren.
Du solltest dich ganz rasieren.
En laat hem die baard afscheren.
Lass ihn den Bart rasieren.
Op een dag wilde ze een deel van het haar op haar hoofd afscheren, ze ging en deed het.
Eines Tages wollte sie nur ein paar Haare auf ihrem Kopf abrasieren, sie ging und tat es.
De procedure omvat het afscheren van de prostaat om ruimte voor urine te creëren door te geven.
Das Verfahren beinhaltet Abschaben der Prostata, um Platz zu schaffen für Urin passieren.
Als mijn haar zou weten wat mijn hersenen dachten zou ik het afscheren.
Wenn ich befürchten müsste, dass mein Haar wissen könnte, was mein Hirn denkt, würde ich es abscheren.
liet hem de zeven haarlokken zijns hoofds afscheren, en zij begon hem te plagen;
rief einem, der ihm die sieben Locken seines Hauptes abschöre. Und sie fing an ihn zu zwingen;
ik 's in de douche ga springen en het afscheren.
Eben in die Dusche springen und alles wegmachen.
Als je z'n vacht afscheert, zie je de vlekken nog op z'n huid.
Aber die Flecke bleiben auf seiner verdammten Haut. Man kann ihm das Fell abrasieren.
Als je dat sikje afscheert, zie ik het misschien.
Wenn du den Bart rasierst, wäre die Ähnlichkeit klarer.
Als je ze afscheert, groeien ze daarna sneller aan.
Wenn man sie abrasiert, wachsen sie angeblich besser nach.
De hand die jouw wolf van dat ding afscheurde.
Die Hand, die dein Wolf von dem Handgelenk dieses Dings gerissen hat.
Het ondergoed dat Barney Quill afscheurde.
Die Leibwäsche, die Barney Quill herunterzerrte.
Ik doe m'n ring af zodra jij die pornosnor afscheert.
Ich lege den Ring ab, sobald du dir den Pornobalken aus dem Gesicht rasiert hast.
Mag alleen als ik m'n snor afscheer en aan hem geef.
Wenn ich meinen Schnurrbart abrasiere und ihm gebe. nur erlauben.
Hoeveel ga je afscheren?
Bis wohin wirst du dich denn rasieren?
Hij moet zijn baard afscheren.
Er muss sich rasieren.
Uitslagen: 154, Tijd: 0.0446

Afscheren in verschillende talen

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits