Voorbeelden van het gebruik van Ober in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Waarom schoor de ober m'n zaakje eigenlijk?
Ik ben een ober, maar ik ben niet dom.
De ober moet een uitzonderlijk geheugen hebben.
Ober, waar is de trap?
Alsof je een ober fooi geeft.
Dit is jullie ober, Robbie.
Ober, dat klinkt super.
De ober heeft m'n naam niet genoemd.
De ober zei dat ik het heel goed deed.
Daar komt de ober.
trek de aandacht van de ober.
Hij was een ober.
Zeg niet: Wat kan de ober voor me doen?
Ober, kunt u deze weghalen?
Ober, nog een.
Ober, uw mooiste tafel, alstublieft!
Bobby was nog ober toen Johnny stierf.
Ik kan als ober gaan.
Laat de natuurlijk droog na het schoonmaken van de ober.
Hij is geen ober.