Voorbeelden van het gebruik van Schoolmeester in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hij was een tijdje een schoolmeester.
Ik wou alleen niet dat de Schoolmeester ons zou meenemen… Nooit.
En je oude schoolmeester.
Mijn baasje was een schoolmeester.
Kapteyn werd geboren als zoon van een schoolmeester.
Gewaardeerde schoolmeester, geliefde tante, dode bouwvakker.
Schoolmeester, Porton School.
Ik ben maar een schoolmeester.
De pastoor, de schoolmeester.
De koster was daarmee tevens schoolmeester.
Met de tekeningen gaf zij mede vorm aan de karakteristieke schoolmeester en zijn huisdieren.
Hij werd geboren als zoon van een schoolmeester.
Hij is een schoolmeester.
Onze schoolmeester.
Ben ik je schoolmeester?
En nu bent u schoolmeester.
Een ander punt waarover de schoolmeester de Raad op de vingers zou tikken is het Europees octrooi.
Hij was schoolmeester in de Noord-Italiaanse stad Imola
De altijd strenge schoolmeester werd strenger en veeleischender
Maar volgens Schoolmeester ging Nike de andere kant op voor de Zoom VaporFly Elite