Voorbeelden van het gebruik van Criticus in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
U lijkt geen criticus.
Ik wist niet dat jij zo'n criticus was, Joan.
Je innerlijke criticus en persoonlijke behoefte aan perfectie herkennen.
Die tv criticus, hij is net.
Ik ben geen criticus in de zin.
Eén criticus voor een katholieke krant noemde het"totalitair.
Een andere criticus noemde het"hilarisch.
Hij was een criticus van de regering van Aroyo.
Hij was criticus van de heksenjacht en vertegenwoordiger van de verlichting.
Criticus Damien Perez prees deze strip voor zijn psychlogische finesse.
De criticus Slauerhoff over het dichterschap.
Tussen lezer en criticus is de afstand kort.
Ik ben geen criticus, maar ik hou van je werk.
Heb je je gespecialiseerd als criticus in de erotische filmkunst?
En je zal altijd 'n criticus blijven, en nooit 'n auteur.
Die tv criticus, hij is net… Ik wil niemand beledigen.
De voedsel criticus zal het restaurant bespreken.
Jij zult altijd criticus blijven en nooit schrijver worden.
Overdag, buitengewoon criticus.
Sommige mensen bedoelen eigenlijk de recensie van een criticus van het boek.