Voorbeelden van het gebruik van Criticus in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Als de intentie er nog is, maakt het niet uit wat de criticus denkt.
Tegenwoordig wordt hij door menig criticus ook wel omschreven als'houterig' en'theatraal.
Redenaar, criticus, staatsman.
Eén criticus voor een katholieke krant noemde het"totalitair.
De criticus komt terug.
De jury bestaat uit drie kunstenaars, één criticus en één hoge functionaris van de Tate Gallery.
Eén criticus noemde ze'Europees.
Nadien ontwikkelde hij zich tot criticus van het regime in Hongarije.
Hij was een criticus van de moderniteit.
Een criticus is gewoon iemand die snel…
Geen enkele criticus heeft deze man de afgelopen 50 jaar gesproken.
Geen enkele criticus heeft in meer dan 50 jaar met die man gesproken.
Zelfs toen die criticus zei dat de sfeer op een tankstation leek.
Dode criticus nam smeergeld aan.
Het was een criticus.
Wie is deze criticus?
Ik ben geen criticus.
In deze tijd maakte hij kennis met de Franse criticus en kunstverzamelaar Michel Tapié.
Zijn tweelingbroer Pavel is een literaire criticus.
werd vooral bekend als criticus.