Voorbeelden van het gebruik van Thea in het Nederlands en hun vertalingen in het Engels
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik moet Thea even spreken.
Na wat je Thea en Sara aandeed. En Oliver?
Thea schrijft in haar brief haar niet te gaan zoeken.
De vitamines van Thea zijn op, Gina.
Kinderen, Thea, hebben jullie dorst?
Thea weer.
Maar Thea heeft gelijk.
De communicatiesystemen die ons verbinden met Thea zijn vernietigd.- Zeg het gewoon.
En Thea?
Thea ook niet.
Ik kan Thea niet bereiken!
Thea heeft 'n geweldig idee.
De Count heeft Thea die drugs verkocht.
Thea, op deze camping in juni 2013.
Of toch maar prachtige paarse ogen zoals Thea?
Hij is een soort ex-vriend van Thea.
Of Thea.
En wat Thea betreft.
Je gaat naar Thea?
En een tienerdochter, Thea.