Voorbeelden van het gebruik van Afleveren in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Als ik het Boek mag afleveren moet ik toch iets goed gedaan hebben.
Mm quad… over drie weken afleveren in Valencia.
Champagne afleveren.
Deze controle geschiedt na het afleveren van de vergunning.
Hij wilde de decoder per se zelf afleveren.
Algemene voorwaarden voor het afleveren van een terugkeervisum.
Hij kwam hem ongeveer tien minuten geleden afleveren.
Ik kan dit rechtstaande afleveren.
Je krijgt hem als ze de jongen afleveren.
Deze man komt helemaal niets afleveren.
Verbeteringsproject 8( 2003) Het afleveren van attesten.
Wij moeten die dossiers afleveren.
Ik moest een rapport afleveren.
We moeten vaatjes afleveren.
Ze zouden hem hier vanavond voor de bruiloft afleveren.
Ik moet iets afleveren.
ik denk dat iemand anders hem moet afleveren.
Afdeling III.- Afleveren van attesten.
Je moest een pakje afleveren.
Ik moet nog meer t-shirt afleveren.