Voorbeelden van het gebruik van Bob in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Bob Gale en Robert Zemeckis.
Buiten staat Bob- buur.
Bob en ik gaan terug naar Oregon.
Bob Ford vermoorde hem.
Alleen Bob had geen keuze.
Bob en ik hebben ooit een les rotsklimmen gehad.
Bob is akkoord om je te verdedigen.
Bob, dat is morgenavond.
Van Bob, de dagleider.
aub, Bob.
Hier woont Bob Giffen.
Dan moet doen alsof je Bob Geldof bent of niet?
Dat jij en Bob het doen.
Dat is waar, Bob.
We zullen zien, Bob kreeg er een.
Geen zorgen, lieverd. Bob komt wel terug.
Hij had jou handschrift, Bob.
Hij heeft de oorspronkelijke Mexican Bob bij zich.
Bedenker van de prijs is Bob Stivers.
Je gaat te ver Bob.