Voorbeelden van het gebruik van Insect in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Een soort rare insect die zich heeft vastgezet op zijn nek.
De insect heeft stimulatie nodig.
Dat insect is wel de moeder van m'n kind.
Dat insect moet gaan.
Maar de mens is geen insect, Simon.
Van de wereldbevolking wordt geteisterd… door een of ander microscopisch insect.
En anders denken ze dat het een insect is.
Van een slang of insect?
Behalve die jongen die in 'n insect verandert.
vond ik een dood insect.
Ik kan Caesar verpletteren als 'n insect als ik wil.
Wat voor soort insect?
Een insect.
Het kwam gewoon uit de grond en het is een of ander gigantisch insect.
Hoe is het met het insect?
Hij kende de naam van elk stekend insect.
Je bent geen insect.
Het is geen magisch insect, sukkel.
Ono was als een onschuldig insect.
En hij leek op dat insect?