Voorbeelden van het gebruik van Marshmallows in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Ik heb zo veel marshmallows gegeten dat ik geen een meer kon zien.
Omdat ik marshmallows lekker vind. Psychopaat!
En marshmallows roosteren?
Geen marshmallows op m'n aardappels?
Het ziet eruit als een kabouter die te veel marshmallows heeft gegeten.
Hier, 'n lepel vol marshmallows.
Natuurlijk. Nog marshmallows.
En geen marshmallows?
Kan de zogende moeder marshmallows of marmelade?
Ik hoop dat je marshmallows meegenomen hebt.
Dat zijn marshmallows.
Nee! Er zijn geen chocolademelk marshmallows!
Wat heb je met die marshmallows gedaan?
Jij lachte toen ik met die marshmallows kwam.
Heb je marshmallows?
Dat zijn marshmallows.
Eet je marshmallows?
Omdat hij al marshmallows gekregen had.
ik gingen ervoor zitten, om marshmallows te roosteren en hij verbrande… wat ik me nu realiseer, beschuldigende documenten.
Ik heb een zak marshmallows bij en een houtje waar Chris op kan bijten als hij gek wordt.