Voorbeelden van het gebruik van Stommeling in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Hé stommeling.
Kom hier, stommeling.
Omdat je een stommeling bent.
LeSean was een stommeling.
Laat mij erbuiten en wees geen stommeling.
Het is een tafel, stommeling.
Je bent niet de enige stommeling op de afdeling.
Kiko was een stommeling.
Het is 'n slechterik, geen stommeling.
Je werd net voor de gek gehouden door een dummy, stommeling.
Ga nu je snoep aan anderen verkopen, stommeling.
Wat een stommeling.
Je bent een stommeling, Lex.
Cammy was stom en is als stommeling gestorven.
In de oceaan, stommeling.
Klaag niet, stommeling.
Laat me erin, stommeling.
Wat een stommeling.
We zijn stropers, stommeling!
Ik ben een stommeling.