Voorbeelden van het gebruik van Zijn vrouw in het Nederlands en hun vertalingen in het Frans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Toen kwam zijn vrouw schreeuwend binnen.
Zijn vrouw zei dat hij niet rookte.
Dan is zijn vrouw de stad uit.
En zijn vrouw Marissa?
Althans zijn vrouw dan.
Zijn vrouw heeft gebeld.
Zijn vrouw heeft de overwinning behaald.
Geoff en zijn vrouw deden ook IVF
Hij en zijn vrouw hadden een week geleden weg moeten zijn. .
Zijn vrouw overleed in 2013.
Zijn vrouw stierf in 1903.
Zijn vrouw Barbara steunt hem.
In 2001 kwam zijn vrouw te overlijden.
Zijn vrouw overleed in 1996.
Zijn vrouw werkte ook mee.
Van der Wedden en zijn vrouw liggen begraven op begraafplaats Rustoord in Nijmegen.
Zijn vrouw zette hem aan die op te schrijven.
Michael en zijn vrouw komen om wanneer hun auto wordt gestolen.
Zijn vrouw overleed er in 1854 op 75-jarige leeftijd.
Zijn vrouw maakt de samosa's dagelijks volgens haar eigen recept.