Voorbeelden van het gebruik van Beeldschoon in het Nederlands en hun vertalingen in het Spaans
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Computer
-
Programming
Wees nou niet zo beeldschoon.
De vorige die je me hebt bezorgd was echt beeldschoon.
Oh, ze is beeldschoon.
Ze is beeldschoon.
Haar moeder was beeldschoon.
De baby is beeldschoon en ik heb vertrouwen in de IPO.
De vrouwen zijn beeldschoon, het klimaat.
Ze was beeldschoon.
Zij was beeldschoon.
De receptioniste is beeldschoon.
Niet zeggen dat je je niet beeldschoon voelt en bijzonder.
Je bent beeldschoon.
je regelmatig naar Cuba gaat en dat ze beeldschoon is.
Beeldschoon. Identiek.
Hij was beeldschoon.
Beeldschoon en meedogenloos.
Jij bent beeldschoon.
Je bent echt beeldschoon.
Ze is beeldschoon.
Ze is beeldschoon.