Examples of using Persoonlijk in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Ik geloof nog steeds in dingen persoonlijk doen.
Men is tegenover God persoonlijk voor zijn gedrag verantwoordelijk.
Tijdelijke invoer van bepaalde vervoermiddelen voor persoonlijk gebruik.
Dit is te persoonlijk voor haar.
Harry, Persoonlijk.
Oplossingen Oplossingen Alleen persoonlijk advies maakt van een product een oplossing.
De inhoud is beschikbaar voor persoonlijk en niet-collectief gebruik.
Deze zijn privé en persoonlijk.
Nee, ik bedoel persoonlijk.
Cheapnews-accounts zijn alleen voor persoonlijk gebruik.
Luitenant Erika Johnson herstelt onder persoonlijk toezicht van kapitein Pierce.
Als m'n persoonlijk arts.
Je ziet Zach elke dag persoonlijk.
Beleggingsstrategie en-doelstellingen zijn heel persoonlijk.
En jij zegt dat dit niet persoonlijk is.
Dromen zijn persoonlijk.
Ik wilde dit persoonlijk doen.
Profiteer van de uitgebreide service en persoonlijk advies.
Die verslagen zijn persoonlijk eigendom!
Tante Amy, maak dit niet persoonlijk.