Examples of using Telt in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
De Bosch Groep telt in België ongeveer 1.75 medewerkers.
De onderzoeksgroep telt meer dan 70 onderzoekers.
Het huis telt 200 kamers.
Wat telt, is dat ik het weet.
Wat telt is geometrie en structuur.
Maar als je ze telt, zijn het er meer.
Vandaag telt onze portefeuille meer dan 600 studentenkamers.
Uiteindelijk telt elke speler zijn punten op.
De nieuwe gebiedskerk in Duitsland telt ongeveer 118 leden.
De Bosch Groep telt in België ongeveer 1.5 medewerkers.
Mijn familie telt 30 bassisten.
Wat telt, is mijn zoon.
Hoofdstuk drie:"Elk detail telt.
Ervaring telt wel voor iets. Luister kind-.
Dat telt voor mij ook.
Het telt 4 verdiepingen met in totaal 72 tweepersoonskamers.
Dit telt met een twee-wekelijkse vergadering op tot 1800 kg per jaar.
Het bedrijf telt wereldwijd meer dan 7.3 medewerkers.
Deze collectie telt 5.981 specimina 1316 soorten.
Okavango telt 200 000 olifanten.