Examples of using Zijn gezegend in Dutch and their translations into English
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
De heiligen zijn gezegend.
We zijn gezegend, Edward.
Op een dag kan het zo zijn dat twee harten zijn gezegend.
De goden zijn gezegend.
We zijn gezegend met de uitstekende zorg.
Onze wapen zijn gezegend.
We zijn gezegend dat we een bijzonder iemand onder ons hebben.
Osbert, wij zijn gezegend.
We hebben geen geluk, we zijn gezegend.
Marhaba. Welkom. We zijn gezegend met uw aanwezigheid.
Massoud. We zijn gezegend.
Wie liefde kennen, zijn gezegend.
Een tweeling. We zijn gezegend.
We zijn gezegend om de goden te zien!
Wij zijn gezegend, O Alvader.
De jongeren zijn gezegend.
Allebei onze kinderen zijn gezegend.
Jullie zijn gezegend, mijn zonen.