SCALPEL in Dutch translation

['skælpəl]
['skælpəl]
scalpel
blade
mes
knife
blade
shiv
cutter
ontleedmes
scalpel
scalpeltje
blade

Examples of using Scalpel in English and their translations into Dutch

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Ecclesiastic category close
  • Medicine category close
  • Financial category close
  • Computer category close
  • Ecclesiastic category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Frank! Give me a scalpel.
Frank? Geef me een scalpel.
You cut with a scalpel.
U snijdt met een mes.
lido, and a scalpel.
lido en 'n scalpel.
I'm ready for the scalpel.
Klaar voor het mes.
In a warehouse. Scalpel.
In het pakhuis. Scalpel.
Why a scalpel?- Uh, what?
Wat? Waarom een mes?
You use the scalpel.
Jij gebruikt een scalpel.
Who will end up under a scalpel today?
Wie gaat er vandaag onder het mes?
I fix people's hearts with a scalpel.
Ik herstel de harten van mensen met een scalpel.
This is the injector. Scalpel.
Dit is de injector. Scalpel.
You use a scalpel.
Jij gebruikt een scalpel.
The room is cold, the scalpel is sharp.
De kamer is koud, het scalpel scherp.
It's my patient. Scalpel.
Hij is mijn patiënt. Scalpel.
My father. The scalpel.
Mijn vader. Die scalpel.
I got a scalpel, too, just in case.
Ik heb ook een mesje, voor het geval dat.
Mel, give me the scalpel.
Mel, geef me het mesje.
It is a form of enucleation, just without the scalpel.
Het is een vorm van enucleatie maar dan zonder scalpele.
Specially shaped scalpel for cutting stitches prior to removal.
Speciaal gevormd scalpelmes voor het doorsnijden van hechtingen voor het verwijderen.
Can you hand me that scalpel?
Kan je mij de scalpel doorgeven?
All right, we're gonna need a scalpel and, uh, Lidocaine with epi.
Goed, we hebben een scapel nodig en, lidocaine met epi.
Results: 1182, Time: 0.0387

Top dictionary queries

English - Dutch