Examples of using What's going on with you in English and their translations into Dutch
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Ecclesiastic
-
Medicine
-
Financial
-
Computer
-
Ecclesiastic
-
Official/political
-
Programming
Yeah, what's going on with you?
Ja, wat is er met je?So… uh… what's going on with you?
I wanna know what's going on with you.
Wat is er aan de hand met jou.What's going on with you lately?
Wat is er met je de laatste tijd?Yeah.- What's going on with you and Romain?
Hoe gaat het met jou en Romain?-Ja?What's going on with you? Poppy!
Wat is er met je? Poppy!What's going on with you and Amy?
Wat is er aan de hand met jou en Amy?Penny, what's going on with you?
Penny, hoe gaat het met jou?Evan. What's going on with you?
Evan. Wat is er met je?What's going on with you and Claire?
Wat is er aan de hand met jou en Claire?Ahbek, what's going on with you?
Abhek, hoe gaat het met jou?What's going on with you and Pablo?
Wat is er aan de hand met jou en Pablo?What's going on with you, Tim?
Wat is er met je, Tim?What's going on with you? So, Jeff?
Jeff, hoe gaat het met jou?TJ, what's going on with you?
TJ, wat is er met je?Baby, what's going on with you?
Schat, wat is er aan de hand met jou?What's going on with you?
Hoe gaat het met jou dan?What's going on with you? Sorry.
Wat is er met je? Sorry.What's going on with you and Brian?
Wat is er aan de hand met jou en Brian?Gosh. But, you know, I meant, what's going on with you?
Maar ik bedoelde: hoe gaat het met jou? Jeetje?
