EINEN NOTRUF - vertaling in Nederlands

een noodoproep
ein notfall
ein notsignal
notruf
ein notrufsignal
ein hilferuf
einen notfalleinsatz
een noodsignaal
ein notsignal
einen notruf
ein notsignai
ein notrufsignal
ein signal
einen hilferuf
gebeld
anrufen
telefonieren
verständigen
kontaktieren
zurückrufen
benachrichtigen
melden
telefon
blasen
glocken
een 112 oproep
einen notruf
een 112 melding
einen notruf
een SOS
een alarmoproep
een noodtelefoon

Voorbeelden van het gebruik van Einen notruf in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ich empfange einen Notruf von DS9.
Ik ontvang een noodoproep van DS9.
Phase eins: Das Lambda-Shuttle sendet einen Notruf.
Fase één, Lambda-shuttle verstuurt een noodsignaal.
Ich habe einen Notruf.
Ik kreeg een noodoproep.
Gut. Phase eins: Das Lambda-Shuttle sendet einen Notruf.
Fase één, Lambda-shuttle verstuurt een noodsignaal.
Aber Sie senden einen Notruf aus.
Maar u verstuurt een noodoproep.
Colonel Min, es gibt einen Notruf.
Kolonel Min, er is een noodoproep.
Wir bekamen einen Notruf.
We kregen een noodoproep.
An alle Einheiten, wir haben einen Notruf.
Alle units, we hebben een noodoproep.
Jemand tätigte einen Notruf.
Iemand deed een noodoproep.
Moya hat auf einen Notruf geantwortet.
Moya reageerde op een noodoproep.
Einer der Astronauten -sandte einen Notruf.
Een van de astronauten… stuurde een noodoproep.
Einer der Astronauten -sandte einen Notruf.
Een astronaut stuurde een noodoproep.
Colonel, wir haben gerade einen Notruf vom Fahrer empfangen.
Kolonel, we hebben net 'n noodoproep van de chauffeur ontvangen.
Harry, schicken Sie einen Notruf auf allen Subraum-Frequenzen ab.
Harry, zend 'n noodsignaal uit op alle frequenties.
Überfall auf einen Kurier. -Julio hat einen Notruf.
Julio belde. Een koerier is overvallen.
Ich empfange einen Notruf.
Ik ontvang 'n noodsignaal.
Sie bekommen einen Notruf.
Ze krijgen 'n noodoproep.
Geben Sie den Rigellianern Zeit, einen Notruf zu senden.
Geef de Rigellianen tijd om een noodsignaal te sturen.
Wir erhielten einen Notruf um 21.00 Uhr.
We kregen een noodsein om 9.00 uur.
Sie hatte einen Notruf und ließ die Schlüssel da.
Even paardje-rijden. Ze werd opgepiept… en liet de sleutels achter.
Uitslagen: 122, Tijd: 0.0663

Woord voor woord vertaling

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands