FESTBINDEN - vertaling in Nederlands

• vastbinden
• binden
• vastmaken
• vast

Voorbeelden van het gebruik van Festbinden in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Die Hände runter! Sonst muss ich sie auch festbinden.
Kom, anders moet ik die ook vastbinden.

Und dann sollten sie mich festbinden.
En dan moet jij me vastbinden.

Will man einen Wolf fangen, muss man den Köder am Baum festbinden.
Om 'n wolf te pakken bind je lokaas aan de boom.

Ich könnte dich festbinden und dir Heroin spritzen.
Als ik je vastbind en je een heroïne injectie geef.

Nein, ich sagte, sie festbinden.
Nee, ik zei, bindt haar weer vast.

Das Fangen mit Seilen, das Festbinden und Reiten?
Ze met touwen vangen, vastbinden en berijden?

Nicht festbinden, Jacques!
Bind me niet vast, Jacques!

Soll ich sie festbinden, damit sie es nicht tut?
Zal ik haar voor je vastbinden?

Du gehst auf keinen Fall zu ihm und wenn ich dich festbinden muss!
Ik ga bovenop je zitten als het moet!

Festbinden, damit Sie ihn nicht verlieren.
Bind hem vast, zodat je hem niet kwijtraakt.

Ja. Mit allem hier drin kann man jemanden festbinden.
Om iemand vast te binden. Letterlijk alles in die doos kan gebruikt worden Ja.

Sollen wir uns an der Tür festbinden?
Je vastbinden aan de deur?

Ich sollte mich lieber festbinden.
Zal ik mezelf vastmaken aan m'n veranda?

Nicht festbinden! He!
Hé! Bind het niet vast!

Nichts zum Drachen festbinden… und ich habe meinen Schal vergessen.
Nergens iets om mijn vlieger aan vast te binden….. en ik heb mijn sjaal vergeten.

Oh mein Gott, den müssen wir von oben festbinden.
Hij moet aan de bovenkant vastgemaakt worden.

Er machte so einen Terz, wir mussten ihn festbinden.
Hij deed zo moeilijk dat we hem moesten boeien.

Wir mussten ihn festbinden.
We moesten hem boeien.

Ich soll Sie festbinden.
Ze willen dat ik je vastbind.

Den muss ich festbinden.
Ik moet 'm vastbinden.