GEFLICKT - vertaling in Nederlands

• opgelapt
• gemaakt
• gerepareerd
• hersteld
• genaaid
• gepatcht

Voorbeelden van het gebruik van Geflickt in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

Die Arterie muss geflickt werden.
De slagader moet gerepareerd worden.

Das Tuch kann geflickt werden.
Dat kleed kan gemaakt worden.

Sie haben mich gut geflickt. Sie.
Ze… Ze hebben me goed opgelapt.

Ich hab alles geflickt. Hier.
Ik heb alles gerepareerd. Hier.

Ich dachte Du hättest das Ding geflickt?
Je had dit ding toch gemaakt?

Wo sie ihn wieder geflickt haben. Von dort wurde er nach England gebracht.
Daarna is hij overgevlogen naar Engeland waar ze hem opgelapt hebben.

Du hast sie geflickt.
Je hebt haar gemaakt.

Mister erzählte, Sie haben ihn schon mal geflickt?
Mister zei dat je hem al 's had opgelapt.

Ich bringe sie morgen zurück, sobald ich Gertie geflickt habe.
Ik breng hem morgen terug als ik Gertie opgelapt heb.

Sie haben im OP Ihr ganzes Können gezeigt und eine Beckenarterie geflickt.
Jij herstelde een exterieure heupslagader in de OK.

Ich weiß. -Ihn geflickt.
Hem aan het repareren. Dat weet ik.

Sie zwei haben den Zaun geflickt.
Jullie waren samen hekken repareren.

Und wer das geflickt hat, sollte lieber Metzger werden.
En degene die je gehecht heeft, hoort thuis in een slagerij.

Hier geflickt zu werden.
Hier weer opgelapt worden.

Reifen geflickt- nagel.
Band plakken- spijker.

Seit du es geflickt hast, yeah.
Sinds jij hem opgevoerd hebt wel ja.

Den hast du schon das letzte Mal geflickt.
Die heb je laatst opgeknapt.

Ich hab den Tutu geflickt.
Ik heb een tutu beplakt met bloemetjes.

Und auch das Segel geflickt.
De mast en de zeilen zijn gerepareerd.

Ich habe deine Jacke geflickt.
Ik heb je jas voor je gerepareerd.