ZUSCHAUER - vertaling in Nederlands

publiek
öffentlichkeit
publikum
öffentlich
zuschauer
bevölkerung
allgemeinheit
zielgruppe
zuhörer
public
kijker
zuschauer
betrachter
fernglas
fernrohr
rampenlicht
viewer
schaulustiger
zielfernrohr
publikum
fernsehzuschauer
toeschouwer
zuschauer
betrachter
beobachter
unbeteiligter
schaulustiger
kijkers
zuschauer
betrachter
fernglas
fernrohr
rampenlicht
viewer
schaulustiger
zielfernrohr
publikum
fernsehzuschauer
toeschouwers
zuschauer
betrachter
beobachter
unbeteiligter
schaulustiger
mensen
mensch
menschlich
mann
menschheit
person
leute
omstanders
zuschauer
bystander
passanten
zivilist
viewer
betrachter
zuschauer
renderer
betrachtungsgerät
sichter
omstander
zuschauer
bystander
passanten
zivilist
kijkertjes
zuschauer
betrachter
fernglas
fernrohr
rampenlicht
viewer
schaulustiger
zielfernrohr
publikum
fernsehzuschauer

Voorbeelden van het gebruik van Zuschauer in het Duits en hun vertalingen in het Nederlands

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Glückwunsch. Soeben haben zehn Millionen Zuschauer umgeschaltet. Was?
Gefeliciteerd, 10 miljoen mensen zijn zojuist van zender veranderd. Wat?
Unschuldige Zuschauer verlieren ihre Eiswaffeln.
Onschuldige omstanders verliezen hun ijsjes.
Zuschauer lieben Geklecker.
Toeschouwers houden van knoeipotten.
Die Zuschauer sollen es aber nicht wissen!
Maar dat mocht het publiek niet weten.
Willkommen, Zuschauer, die vor dem Fernseher eingeschlafen sind.
Welkom, kijkers die voor de tv in slaap zijn gevallen.
Jeder Zuschauer könnte denken:
Elke kijker kan denken:
Aber meine Erfahrung als Zuschauer ist bedeutungslos.
Maar mijn ervaring als toeschouwer is niet van betekenis.
Zuschauer lieben Gewalt.
Mensen houden van geweld.
Spieler, Zuschauer, Trinker, alle sind willkommen.
Spelers, toeschouwers, drinkers, iedereen is welkom.
Du bist kein Zuschauer mehr, sondern kannst etwas tun.
Je bent geen omstander meer, maar iemand die iets kan doen.
Die Zuschauer können jede Pore sehen.
Het publiek kan elke porie zien.
Familienmitglieder, Zuschauer.
Familieleden, omstanders.
Wir hätten noch Zuschauer bekommen können.
We hadden meer kijkers kunnen krijgen.
Wir wollen hier den Zuschauer mit auf eine Reise nehmen.
We nemen de kijker mee op reis.
Er bittet einen Zuschauer auf die Bühne.
Hij vraagt een toeschouwer op het toneel.
Die Zuschauer sind intelligent.
Mensen zijn intelligent genoeg.
Zuschauer und 13.
Toeschouwers en 13.
Wir hatten mehr Zuschauer erwartet, Homer.
We hadden meer publiek verwacht, Homer.
Unschuldige Zuschauer.
De onschuldige omstanders.
Ich war nur ein Zuschauer.
Ik was gewoon een omstander.
Uitslagen: 2331, Tijd: 0.186

Top woordenboek queries

Duits - Nederlands