LIAR - vertaling in Nederlands

• leugenaar
• liegen
• liar
• leugenaarster
• liegbeest
• leugenares
• leugenachtig
• leugenaars
• liegt
• loog

Voorbeelden van het gebruik van Liar in het Engels en hun vertalingen in het Nederlands

Liar One, we need you.
Liar 1, we hebben je nodig.

How was it? no. liar.
Nee,-Liegbeest. Hoe was het?

but every man a liar;
maar alle mens leugenachtig;

She was a liar.
Het was een leugenaarster.

You are not very good liar.
Jij kunt niet goed liegen.

A vegetarian and a liar.
Vegetarisch en leugenaar.

The liar trusts in outward appearances because it's all the reality they possess.
De leugenaars vertrouwen op uiterlijkheden omdat dit de hele realiteit is die zij bezitten.

Liar One, is that you?
Liar 1, ben jij dat?

No? What a liar.- No.
Wat een liegbeest. Nee?- Nee.

Don't make a liar out of my girl.
Maak geen leugenares van mijn meisje.

but every man a liar;
maar alle mens leugenachtig;

Is that what the liar told you?
Is dat wat de leugenaarster je vertelde?

You used to be a much better liar, Sam.
Je kon vroeger veel beter liegen, Sam.

Why? He was a liar and a rat.
Waarom? Hij was een leugenaar en een verrader.

You're an even worse liar than I am.
Jij liegt nog slechter dan ik.

Always calling out a liar.
Pikt de leugenaars er altijd uit.

You're a liar and a bully.
Je bent een liegbeest en een pestkop.

You might know her from Lyre Liar.
Je kent haar misschien van Lyre Liar.

Let God be true but every man a liar.
Doch God zij waarachtig, maar alle mens leugenachtig;

And it seems that Albert's grandmother wasn't a liar.
En het lijkt erop dat Albert's grootmoeder geen leugenares was.