Voorbeelden van het gebruik van Dat is hem in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Dat is hem nu gelukt.
John Douglas. Dat is hem.
En dat is hem wel gelukt, toch?
Ja, dat is hem.
Dat is hem gelukt.
Dat is hem.
Dat is hem.
Dat is hem gelukt.
Dat is hem niet.
De Separatistische ambassadeur kwam de Quarren opstoken en dat is hem gelukt.
Dat is hem nog nooit gelukt.
Met z'n blote handen heeft hij me… Dat is hem.
Verdorie. Dat is hem.
Heil Hitler. Nee, dat is hem niet.
Heil Hitler. Nee, dat is hem niet.
Wie is dat? Dat is hem.
Daar is hij. Dat is hem.
Millie, Millie, dat is hem.