Voorbeelden van het gebruik van Hij logeert in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Hij logeert hier toch niet?
Weet je waar hij logeert?
En hij logeert in het hotel.
Weet u misschien waar hij logeert?
Hij logeert in de King.
Hij logeert in de Unicorn aan Khitrovka.
Hij logeert in 'n buitenwijk.
Hij logeert bij familie.
Hij logeert in het Sage Creek Motel.
Dus hij logeert nu hier?
Hij logeert bij de Thomsons.
Hij logeert altijd in het Sullenger.
Ik vraag me af waar hij logeert.
Zeg maar waar hij logeert.
Hij logeert er al een week.
Hij logeert in een hotel bij Grasse.
Sorry, hij logeert ergens anders.
Hij logeert voor het eerst bij jou.
Hij logeert in de King.
Hij logeert deze zomer bij ons.