Voorbeelden van het gebruik van Oplichters in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Oplichters doen het voor het geld, en spionnen doen het voor hun natie.
Zijn oplichters. Mensen die goed zijn in kansspelen.
Oplichters zijn net boksers.
Oplichters als hij maken misbruik van mensen door sukkels als jij.
En al uw meningen over BS systemen en casino oplichters zijn zo.
Paramount heeft een film over oplichters.
Oplichters betalen geen belasting.
Dieven, moordenaars, oplichters, immigranten, ongeletterden.
Dit zijn allemaal een stelletje oplichters.
Jullie waren oplichters.
Het zijn allemaal oplichters.
Eindelijk kunnen we die oplichters verdrijven.
Dat zal die oplichters en mij leren.
We zijn dieven, oplichters, criminelen.
Het punt is dat in alle verhalen kitsune oplichters zijn.
Een paar oplichters.
Het zijn oplichters.
Tony en Percy waren oplichters.
Wij zijn dokters, geen oplichters.
Slagen de oplichters in hun opzet?