Voorbeelden van het gebruik van Petrus in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Een fles Château Petrus uit 1996.
Vergeet dat niet, Petrus Magni.
genaamd Petrus, en Andreas.
Petrus één, hoofdstuk vijf, vers acht.
Petrus verraadde mij zelfs.
De haan verwijst naar Petrus' verloochening van Jezus en zijn berouw daarover.
En ziende Petrus zich warmende, zag zij hem aan, en zeide.
Petrus had het aan de anderen verteld….
En Petrus, tot zichzelven gekomen zijnde, zeide.
In de Bijbel staat…… dat Petrus en Jezus op een dag een gesprek hadden.
Petrus trekt je af voor wat je vandaag hebt gedaan, Terry Donovan.
Die hele kwestie met Petrus en Judas.- Echt? Uiteraard.
Is dat zo, Petrus? Ik zou voor U sterven.
Petrus was getrouwd.
Heiligheid. Wat zou Petrus van ons denken?
Petrus trekt je af voor wat je vandaag hebt gedaan, Terry Donovan.
Morgen heb ik genoeg pruimen voor Petrus en voor iedereen.
Vlieg weg, Petrus.
Mevrouw Blankenberg is pas een paar maanden getrouwd met Petrus.
Wat was het proces waarbij Petrus die openbaring ontving?