RIJD - vertaling in Duits

fahre
gaan
rijden
brengen
vertrekken
varen
besturen
reizen
lift
nemen
autorijden
reite
rijden
gaan
paard
paardrijden
gaan paardrijden
riding
ride
rijd
rit
überfahre
aanrijden
doodgereden
overrijden
geraakt
omvergereden
auto
overgereden
rase
gazon
gras
grasveld
tuin
grasmat
turf
racen
voortuin
rijden
razen
rolle
wielen
een rol
roll
rijden
reels
zwenkwielen
rollers
functies
taken
haspels
fahr
gaan
rijden
brengen
vertrekken
varen
besturen
reizen
lift
nemen
autorijden
fahren
gaan
rijden
brengen
vertrekken
varen
besturen
reizen
lift
nemen
autorijden
fährst
gaan
rijden
brengen
vertrekken
varen
besturen
reizen
lift
nemen
autorijden
reitet
rijden
gaan
paard
paardrijden
gaan paardrijden
riding
reiten
rijden
gaan
paard
paardrijden
gaan paardrijden
riding
reitest
rijden
gaan
paard
paardrijden
gaan paardrijden
riding

Voorbeelden van het gebruik van Rijd in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits

{-}
  • Colloquial category close
  • Official category close
  • Medicine category close
  • Ecclesiastic category close
  • Financial category close
  • Ecclesiastic category close
  • Computer category close
  • Official/political category close
  • Programming category close
Ik rijd nooit meer met je mee als je dronken bent!
Nie wieder fahr ich mit dir, wenn du besoffen bist!
Ik rijd sneller.
Ich reite schneller.
Nee. Ik rijd mee in de Chevy.
Nein, ich fahre im Chevy.
Ik rijd je… naar de boerderij.
Zu Farm. Ich euch fahren.
De politie. Rijd jij of rijd ik?
Fährst du, oder fahre ich?- Die Polizei?
Rijd maar tot ik het zeg.
Fahr einfach weiter, bis ich was sage.
Ik rijd al vijf jaar.
Ich reite seit fünf Jahren.
Ik rijd niet zonder gordel om.
Ohne Gurt fahre ich nicht.
Daarom rijd jij hem rond!
Deshalb fahren Sie ihn herum!
Waarom rijd je zo snel?
Warum fährst du so schnell?
Rijd niet te snel!
Fahr nicht zu schnell!
Rijd met mij, dochters van de noordenwind!
Reitet mit mir, Töchter des Nordwindes!
Hé, ik rijd ook dieren!
He, ich reite auch auf Tieren!
Bedankt, ik rijd met de Kents mee.
Danke. Ich fahre mit den Kents.
Rijd uw mini fiets door het pad.
Reiten Sie Ihr Mini-Bike durch den Weg.
Parker, rijd me naar de kliniek!
Parker! Fahren Sie mich ins Krankenhaus!
Welke auto rijd je?
Welches Auto fährst du?
Maar nu rijd ik met 'n taxi.
Aber im Moment fahr ich grade Taxi.
Rijd je met ons mee?
Reitet Ihr mit uns?
Rijd door elk dorp.
Reite durch jedes Dorf.
Uitslagen: 1793, Tijd: 0.0652

Top woordenboek queries

Nederlands - Duits