Voorbeelden van het gebruik van Satan in het Nederlands en hun vertalingen in het Duits
{-}
-
Colloquial
-
Official
-
Medicine
-
Ecclesiastic
-
Financial
-
Ecclesiastic
-
Computer
-
Official/political
-
Programming
Geloof maar dat Satan hetzelfde zegt bij de poorten van de hel, ouwe.
Ze denken dat ik Satan ben.
Dat lijkt niet op de Kerk van Satan.
De antichrist is de zoon van Satan.
Shit. Rijden.- Satan, dat is er.
Satan eist zijn lichaam op.
We hebben dezelfde vader, Satan.
De antichrist is de zoon van Satan.
Er is geen Satan.
Met verbrande kabel bedoel je Satan.
Zoon van Satan.
Ik vertelde het Fiona en ze rende weg als Satan.
Nee. Vandaag niet, Satan.
En er is veel vandalisme in de naam van satan.
Je bent een Satan.
Hij noemt me Satan.
Alleen zij kunnen de zoon van Satan doden.
Dan moet je van Satan houden.
Hij is de zoon van Satan.
Blijf van mijn baby van Satan af!